Diana Ozon brengt eind jaren ’70 en begin jaren ’80 vanuit een kraakpand vijf solobundels uit bij het punktijdschrift de Koekrant. Als performing poet treedt ze met en zonder muziek op. Publicaties bij gevestigde uitgeverijen zorgen vanaf 1982 voor een doorbraak. Bulkboek De Popdichters lanceert haar bij scholieren.
Met haar dichtbundel Hup de Zee maakt ze in één jaar een tournee van 7000 kilometer door Nederland. Verslag hiervan staat in de autobiografie De Ozon Expres. In de schelmenroman Kraker Jack komen de punk- en kraakbeweging aan bod. Haar liefde voor oude binnensteden en Amsterdam beschrijft zij in de bundel Stad sta stil. De mens, natuur en wereld staan centraal in de bundel Bronwater. Diana’s bundeling liefdesgedichten draagt de titel Hartspanne. De dwaaltocht door het leven, wortelen en loslaten zijn thema in Zwerfzang. Ter ere van de Art-O-Maat verschijnt Kleingoed.
Ozon schrijft vrij werk en in opdracht, geeft optredens en performances en is gastdocente poëzie. Ze heeft ook speciale workshops zoals Les in herdenken op scholen, een gezamelijk gedicht schrijven met senioren in zorgcentra, over beeld en taal met jongeren in Van grotschildering tot graffiti, en voor gemengd publiek de Ozonshow over haar eigen punkverleden. Haar tekeningen met tekst zijn te zien in Virus Verslagen. Van oudsher beheert ze een en punk- en graffiti-archief. Ozon heeft zich aangesloten bij de Klimaatdichters: 40 jaar poetry voor het milieu balt samen in haar nieuwe show Aarde Voelt. Deze mix van poëzie en muziek maakt ze samen met componist/muzikant Wil Schmal.